,,Biologische middelen? Van mij mogen er veel meer op de markt komen, als ze hun claims maar waar kunnen maken.’’ Dat zegt akkerbouwer Anselm Claassen uit Vierhuizen (Gr.). Sinds twee jaar ligt er op zijn bedrijf een proef met het middel Serenade in pootaardappelen. ,,In het eerste jaar viel ons op dat de objecten met Serenade niet alleen een iets betere schilkwaliteit hadden, maar ook iets meer en ook wat fijnere knollen gaven. Dat zijn effecten waar we als pootgoedtelers wel iets mee kunnen.’’
Anselm Claassen heeft samen met zijn vrouw Angelique en zonen Martijn en Marcel een akkerbouwbedrijf in Vierhuizen (Gr.). Op ca. 250 hectare lichte tot zware zavel worden pootaardappelen, suikerbieten, uien en graan verbouwd.
,,Een beetje experimenteren? Ja, daar houden we hier wel van. Nou ja…, het moet wel ergens toe leiden. We moeten wel het idee hebben dat we er verder mee komen.’’ Anselm Claassen reageert op de stelling dat hij onderhand een ‘Bekende Akkerbouwer’ is geworden als het om het toepassen van innovatieve technieken gaat. De laatste jaren is zijn bedrijf behoorlijk actief geweest op het gebied van precisielandbouw en dan met name binnen het project NPPL (Nationale Proeftuin Precisielandbouw, red.). Zo zijn er de afgelopen drie oogsten camera-gestuurde opbrengstmetingen gemaakt die heel precies in kaart moeten brengen wat de opbrengst en maatsortering van het pootgoed per vierkante meter is. ,,Doel is om uit vinden in hoeverre dit een relatie heeft met de bodem en hoe we daar op kunnen sturen. Deze winter worden er bij Wageningen UR opnieuw miljoenen beelden geanalyseerd die op onze rooier zijn gemaakt. Mogelijk kunnen we op termijn met pootgoedkaarten werken, waarmee we het maximale resultaat uit elke vierkante meter grond kunnen halen’’, zo vat de akkerbouwer de missie samen.
Hoewel deze materie behoorlijk weerbarstig is (en het rendement tot nu toe ook niet erg groot), blijft Claassen betrokken bij het project. ,,Natuurlijk kost het veel aandacht en tijd - en past het ook niet altijd in een periode wanneer het al zo druk is. Maar zolang we het idee hebben dat we er voordeel uit kunnen halen gaan we door’’, zegt hij resoluut.
Dit laatste geldt ook de proeven met het middel Serenade in pootaardappelen, die hij sinds 2022 samen met Bayer uitvoert. ,,Doel is om erachter te komen welk effect dit biologische middel heeft op de schilkwaliteit en op de groei en ontwikkeling van het gewas. Daarbij kijken niet alleen naar de effecten in het eerste teeltjaar, maar ook naar een mogelijke doorwerking op de nateelt van het pootgoed’’, legt Claassen uit.
Hoewel de akkerbouwer waakt voor al te stellige uitspraken – ‘daarvoor is het nog te vroeg’ - is hij wel positief verrast door de effecten die hij tot dusver gezien heeft. Hij vertelt: ,,In 2022 hebben we Serenade voor het eerst toegepast in onze hoogste klasse pootgoed (PB2, red.). Daarin viel ons op dat de schilkwaliteit van de met Serenade behandelde stroken zichtbaar beter was dan die van het onbehandelde gedeelte. Hoewel dit op zich al een mooi effect is, zagen we ook nog iets anders: er zaten net iets meer knollen aan de plant en deze waren ook een fractie fijner. Dat zijn uiteraard effecten waar we als pootgoedteler wel iets mee kunnen; het gaat immers om het maximale aantal knollen in de pootgoedmaat. Daarom hebben we dit middel afgelopen seizoen veel breder in pootgoed toegepast – in de rassen Fontane, Ditta en Altus. Daarin zagen we opnieuw dat de met Serenade behandelde percelen net iets fijner waren.’’Hoewel Claassen er nog geen concrete getallen aan durft te hangen, gaat hij ervanuit dat een zichtbaar fijnere oogst al gauw 1 tot 2 knollen per strekkende meter extra betekent. Omgerekend komt dat neer op minimaal 13.000 knollen per hectare meer, ofwel een kleine 1000 kilo. Bij een uitbetalingsprijs van €30 tot €40 per 100 kilo is dat een extra bruto-opbrengst van €300 tot €400 per hectare. ,,Als we door gebruik van Serenade hierop uitkomen, dan loont het sowieso de moeite om het middel in te zetten. En dan heb ik het positieve effect op de schilkwaliteit nog niet eens meegenomen. Maar nogmaals: we willen eerst nog wat meer bevestiging of datgene wat we denken te zien ook echt klopt’’, zo benadrukt Claassen. Een volgens hem ‘mooi bijkomend voordeel’ is dat de met Serenade behandelde percelen ook meedraaien in het eerder genoemde NPPL-project, waarbij de opbrengst en ook de maatsortering zo precies mogelijk in kaart wordt gebracht. ,,Hoewel we hierin vooral de relatie met de bodem willen achterhalen, zouden de verschillen tussen wel of geen gebruik van Serenade hierin ook tot uiting moeten komen. Hopelijk zien we dit terug in de resultaten en kunnen we de effecten van het middel ook echt concreet maken’’, zo besluit hij.