Knolbehandeling tegen Fusarium is altijd zinvol

,,Het is geen verplichting, maar wel een zeer dringend advies van onze kant: voer in zetmeelpootgoed altijd een knolbehandeling uit tegen Fusarium. Daarmee voorkom je onnodige problemen in het voorjaar.'' Dat zegt Jan Pieter Boer, Manager Sales bij Averis Seeds in Veendam (Gr.). Aardappel Koerier sprak met hem over de kwaliteit van zetmeelpootgoed en het belang van een knolbehandeling.

Jan Pieter Boer Manager Sales Averis Seeds

Om te beginnen: hoe staat het dit seizoen met de kwaliteit van het zetmeelpootgoed?

,,Voor wat betreft de virusbesmettingen gaan we - helaas - mee in het landelijke beeld. Een slecht jaar dus met veel verlagingen in de nacontrole. Maar

daarbuiten ziet het er vooralsnog redelijk goed uit. De grootste 'klachtenbezorgers' zijn bacterieziek en Fusarium. Vooral over die laatste maken we

ons toch wel wat zorgen. Net als vorig seizoen zijn de onderwatergewichten namelijk erg hoog - soms zelfs ruim boven de 600 gram, waardoor de kans op rooibeschadiging groter is geweest dan normaal. Beschadigingen en wondjes zijn een hele makkelijke invalspoort voor Fusarium. Het is daarom te hopen dat onze pootgoedtelers daar voldoende rekening mee hebben gehouden en voorzichtig zijn geweest met rooien en inschuren.''

Hoe nauw is de relatie tussen rooibeschadiging en Fusarium?

,,Problemen met Fusarium hebben heel vaak een link met rooibeschadiging, zo is onze ervaring. Daarom hameren we elk seizoen opnieuw op het belang van voorzichtig rooien en snel drogen, ook al is dat misschien een enorme open deur die we intrappen. Het is al heel vaak gezegd: aardappelen moet je als eieren behandelen, maar die boodschap moeten we blijven herhalen.''

Wat zijn andere invalpoorten voor Fusarium?

,,Een tweede belangrijke infectiebron het afkiemen van pootgoed. Door de ontstane wondjes en het vrijkomende vocht kan de ziekte zich heel gemakkelijk door de hele partij verspreiden. Telers die hun partijen afkiemen raden we daarom dringend aan een middel tegen Fusarium toe te passen.''

Hoe zit het met andere bewaarziekten zoals zilverschurft en Rhizoctonia. In hoeverre zorgen die voor problemen?

,,Zilverschurft en Rhizoctonia veroorzaken nauwelijks problemen in de zetmeelteelt. Althans, we krijgen daar nooit klachten over van onze afnemers. Of deze ziekten werkelijk minder voorkomen op zetmeelpootgoed of dat deze minder zichtbaar zijn op de knol.... Dat weten we eerlijk gezegd niet precies. Als er al problemen zijn, dan gaan die bijna altijd over Fusarium of bacterieziek. En misschien ook goed om te zeggen: het gaat maar over een heel klein percentage van de totale omzet. Jaarlijks verhandelen we zo'n 40.000 ton pootgoed en - afhankelijk van het jaar - zijn er kwaliteitsproblemen met enkele tientallen tot een paar honderd ton pootgoed. Omgerekend is dat veel minder dan één procent van het totaal.''

Bacterieziek is erg lastig te beteugelen, maar Fusarium kan wél goed onder de duim worden gehouden middels een knolbehandeling. In hoeverre doen zetmeelpootgoedtelers dat?

,,In de praktijk wordt zeker 95 procent behandeld tegen Fusarium. En we raden het onze pootgoedtelers ook nadrukkelijk aan om dat te doen. Zéker bij de zwakkere partijen, maar eigenlijk gewoon bij alle partijen. Je kunt het zien als een verzekeringspremie; zéker voor de afgeleverde partij, maar in feite voor het hele bedrijf.''