Terug
7 STELLINGEN - Gerbert Barneveld, Technical Development Manager bij Holland Fyto UA
Volgende
7 STELLINGEN - Rob van de Lindeloof, directeur categoriemanagement bij Agrifirm Plant
sluiten

Akkerbouw Koerier februari 2021

'Laten we niet alles op gaan hangen aan modellen en apps'

De komende tien jaar moet de gewasbescherming drastisch verduurzamen en vergroenen, zo is vastgelegd in de Toekomstvisie Gewasbescherming 2030 van het Ministerie van LNV. Maar in hoeverre gaat dat lukken? Vier specialisten uit de gewasbeschermingsbranche geven hun visie hierop aan de hand van zeven prikkelende stellingen.

Johan Buis, Manager Crop Protection bij CZAV/CropSolutions: 'Groene middelen zullen niet leidend zijn in 2030. Daarvoor is de effectiviteit van deze middelen nog niet hoog genoeg'

1. In 2030 gebruiken akkerbouwers nagenoeg geen chemische gewasbeschermingsmiddelen meer

,,Dat lijkt me niet realistisch. Akkerbouwers zullen hun gewassen gezond moeten houden om voldoende opbrengst en kwaliteit te laten groeien. Alleen zo is een rendabele teelt mogelijk. Het zullen wel andere chemische middelen en meer groene middelen zijn en misschien telen ze ook andere rassen, met meer resistenties tegen ziekten en plagen. Tenslotte verwacht ik dat mechanische of elektrische onkruidbestrijding meer opgang zal maken, alleen al omdat steeds minder chemische middelen toegelaten zijn.''

2. Groene middelen (zoals Serenade en FLiPPER) voeren in 2030 de boventoon

,,Dat denk ik niet, daarvoor is de effectiviteit van deze middelen nog niet hoog genoeg. Ze hebben een aanvullend effect, dat zeker, maar nog onvoldoende. Door meer aandacht te schenken aan bodem, bemesting en bouwplan kan de ziektedruk verlaagd worden. Ik zie eerder kansen voor plantversterkers en biostimulanten om gewassen weerbaarder te maken en beter door stressperiodes (bv hitte/droogte) te loodsen.''

3. Met inzet van natuurlijke vijanden tegen ziekten en plagen kan de akkerbouwer de komende tien jaar heel veel bereiken

,,Hier zijn zeker mogelijkheden, waarbij ik denk dat het benutten van de al in het perceel aanwezige natuurlijke vijanden belangrijker is dan het in- of uitzetten, alleen al vanwege het feit dat die er al zijn als het nodig is. Uitgezette insecten zijn net als vee, je moet er wel voor zorgen! Anders gaan ze dood of weg.''

4. Akkerbouwers die nu werken aan een weerbare bodem en aan weerbare gewassen hebben over tien jaar geen (chemische) gewasbeschermingsmiddelen meer nodig

,,Die weerbaarheid is vooral gericht op het zeker stellen en behalen van voldoende opbrengst/kwaliteit en dus rendement. Neveneffect van die weerbaarheid is mogelijk minder inzet van chemie. Ik denk dat we het vooral in het bouwplan en in de teeltintensiteit moeten zoeken. Daarvoor moeten we blijven zoeken naar alternatieve teelten, bijvoorbeeld peulvruchten. Persoonlijk denk ik dat de huidige teeltintensiteit van bijvoorbeeld aardappelen en uien op termijn niet vol te houden is.''

5. Rasresistenties zijn in 2030 een belangrijker wapen tegen ziekten en plagen dan (chemische) gewasbeschermingsmiddelen

,,Daar is ook mijn hoop op gevestigd, maar dan zullen we wel de moderne plantenveredelingsmethoden, zoals CrisprCas, nu moeten omarmen, anders gaat het veel te langzaam. Ik heb daar wel zorg over. De overheid zegt dat ze iets wil en schaft het vervolgens af. Denk aan de zaadontsmetting in suikerbieten, het ultieme en succesvolle voorbeeld van precisie-landbouw, wat nu niet meer kan. Met alle gevolgen van dien.''

6. In 2030 is chemische onkruidbestrijding grotendeels ingeruild voor mechanische onkruidbestrijding. Chemisch mag enkel nog pleksgewijs

,,De drijfveer voor mechanisch wordt volgens mij veel meer ingegeven door verschraling van het middelenpakket, waarbij mechanische bestrijding gewoon onmisbaar wordt. Voldoende capaciteit ten opzichte van de spuit is wel een aandachtspunt. De schaalvergroting gaat immers in hoog tempo door.''

7. Gebruik van gewasbeschermingsmiddelen is in 2030 alleen nog maar mogelijk in combinatie met Beslissing Ondersteunende Systemen (BOS)

,,Gezond boerenverstand is en was altijd al een prima beslissingsondersteunend systeem. Laten we niet onze hele ziel en zaligheid ophangen aan modellen en apps. Het gaat er om dat we vooraf de totale teelt optimaliseren en zo via een Integrated Crop Management-aanpak problemen voor zijn. Wat wel belangrijk is zijn goede schadedrempels en waarneming/telling, zodat we niet onnodig (en onrendabel) chemie inzetten. Daarvoor is fundamentele kennis van planten, plantenziekten en plagen onontbeerlijk.''

+Colofon