De komende tien jaar moet de gewasbescherming drastisch verduurzamen en vergroenen, zo is vastgelegd in de Toekomstvisie Gewasbescherming 2030 van het Ministerie van LNV. Maar in hoeverre gaat dat lukken? Vier specialisten uit de gewasbeschermingsbranche geven hun visie hierop aan de hand van zeven prikkelende stellingen.
Rob van de Lindeloof, directeur categoriemanagement bij Agrifirm Plant: 'Je zult altijd een ‘medicijnkastje’ nodig hebben om snel in te kunnen grijpen om je teelt te redden'
1. In 2030 gebruiken akkerbouwers nagenoeg geen chemische gewasbeschermingsmiddelen meer
,,In ieder geval een stuk minder. Het resultaat in 2030 is in ieder geval dat de totaal opgetelde milieubelasting van alle middelen die ingezet worden bij de teelt een stuk lager uitvallen als nu. Chemisch wordt mijn inziens nog wel gebruikt, maar in kleine hoeveelheden en heel gericht ingezet op het moment er geen andere mogelijkheden meer zijn.''
2. Groene middelen (zoals Serenade en FLiPPER) voeren in 2030 de boventoon
,,Zonder twijfel gaat de nieuwe generatie middelen met een lagere milieu-impact de boventoon voeren. Hopelijk zijn dat in 2030 niet alleen Serenade en Flipper want dat zou betekenen dat de introductie van de hard noodzakelijke nieuwe middelen veel te langzaam is gegaan. En dat we dus beperkt zijn in onze mogelijkheden voor een optimale teelt met een goed rendement.''
3. Met inzet van natuurlijke vijanden tegen ziekten en plagen kan de akkerbouwer de komende tien jaar heel veel bereiken
,,Ja zeker, maar wel in combinatie met andere beschikbare methoden en middelen. Alleen met natuurlijke vijanden ga je het niet redden. Met andere methoden en middelen denk ik onder meer aan bodemverbetering, gewassen weerbaarder maken, inzet van biologie en BOS-systemen en precisie landbouw.''
4. Akkerbouwers die nu werken aan een weerbare bodem en aan weerbare gewassen hebben over tien jaar geen (chemische) gewasbeschermingsmiddelen meer nodig
,,Niet meer nodig, daar geloof ik niet in. Wel een stuk minder nodig. Ik denk dat je het zonder niet gaat redden. Je zult altijd een ‘medicijnkastje’ nodig hebben om snel in te kunnen grijpen om je teelt te redden.''
5. Rasresistenties zijn in 2030 een belangrijker wapen tegen ziekten en plagen dan (chemische) gewasbeschermingsmiddelen
,,Nee, niet het een of het ander is belangrijk. Het gaat om de optelling van de mogelijkheden. Dus ja we hebben rasresistentie ook nodig.''
6. In 2030 is chemische onkruidbestrijding grotendeels ingeruild voor mechanische onkruidbestrijding. Chemisch mag enkel nog pleksgewijs
,,Mechanisch zal ook een puzzelstukje in het geheel worden. Maar nogmaals, ik zie niet dat het een of het ander belangrijker is. Als chemisch alleen plaatsspecifiek ingezet mag en kan worden dan zou dat in bepaalde teelten voldoende kunnen zijn.''
7. Gebruik van gewasbeschermingsmiddelen is in 2030 alleen nog maar mogelijk in combinatie met Beslissing Ondersteunende Systemen (BOS)
,,Hier geloof ik wel in. Van alle variabelen die de teelt beïnvloeden gaan we zo veel data beschikbaar krijgen dat slimme modellen moeten leiden tot een BOS die een noodzakelijke inzet van gewasbeschermingsmiddelen perfect aan kan geven.''