Terug
Nieuw seizoen, nieuwe kansen
sluiten

Uien Koerier mei 2019

We moeten scherp en conurrerend blijven

,,Nederland blijft een leidende rol spelen in de uienexport, maar andere landen laten zien dat ze óók mooie uien kunnen telen en dat er ruimte is voor export. We moeten dus scherp zijn en concurrerend blijven.'' Dat zegt Gijsbrecht Gunter, president van de Holland Onion Association (HOA). Hij blijft hameren op het belang van kwaliteit en denkt dat de lage milieu footprint per kilogram product zomaar eens een unique selling point van de Nederlandse ui kan worden.

Dat klinkt toch wat onheilspellend... Raakt Nederland achterop?

,,Nederland blijft een leidende rol spelen in de uienexport, maar andere landen laten zien dat ze óók mooie uien kunnen telen en dat er ruimte is

voor export. Binnen Europa is Frankrijk een goed voorbeeld; daar heb ik de afgelopen jaren fantastisch mooie uien gezien. Maar ook een land als China roert zich steeds nadrukkelijker op de exportmarkt - en dat ook nog eens met grote volumes. Wat ik maar zeggen wil: we moeten concurrerend blijven, zowel op kwaliteit als op prijs.''

Wat is u het meeste bijgebleven van seizoen 2018?

,,Dat zijn de dramatisch lage opbrengsten in gebieden waar niet beregend kon worden. We hameren als organisatie vaak op het grote belang van kwaliteit, maar afgelopen jaar draaide alles om opbrengst. Je moet 50 tot 60 ton uien van een hectare halen om er wat aan te kunnen verdienen. Dat hebben een heleboel telers, met name in het Zuidwesten van Nederland, bij lange na niet gehaald. Wat afgelopen seizoen ook duidelijk is geworden, is dat Nederland niet vanzelfsprekend marktleider blijft in uienexport. Landen als China, Chili, Argentinië, Egypte, Zuid-Afrika en Nieuw-Zeeland hebben een flink deel van het gat opgevuld dat Nederlandse exporteurs noodgedwongen moesten laten liggen.



En voor alle duidelijkheid: dat deden ze doorgaans met een redelijke tot goede kwaliteit uien. We zullen ons daarom opnieuw moeten bewijzen als betrouwbare leverancier van kwaliteitsuien.'

Gijsbrecht Gunter: ,,We zullen ons opnieuw moeten bewijzen als betrouwbare leverancier van kwaliteitsuien.''

Wat is volgens u een concurrerende prijs?

,,Dat zijn prijzen tussen 20 en 30 cent per kilo in de baal. Daarmee zijn we concurrerend voor het hele wereld. Wordt de prijs hoger, dan neemt de belangstelling voor onze uien af.''

Wat moet er gebeuren om de kwaliteit van uien hoog te houden?

,,Belangrijk is dat we een gezonde, duurzame basis scheppen voor de teelt. Veel akkerbouwers hanteren nu een rotatie van 1-op-4 tot 1-op-6 en dat leidt steeds vaker tot problemen met (grondgebonden)ziekten en plagen. Om structureel verder te kunnen, moeten we eigenlijk naar 1-op-7 of zelfs 1-op-8. Zelf denk ik dat dit met wat herschikken van percelen en gronden mogelijk is, zonder al te veel in te boeten op het beschikbare areaal. Nederland heeft 300.000 hectare zeeklei waarop goed uien zijn te verbouwen. Als we daar 10 procent als ongeschikte grond vanaf trekken, houden we 270.000 hectare over. Bij een rotatie 1-op- 7 uien is er nog zo'n 38.000 hectare beschikbaar. Dat is ongeveer het huidige areaal eerste- en tweedejaars plantuien en zaaiuien samen.''

U heeft het over de teelt op zeeklei... Maar er worden tegenwoordig ook veel uien op zandgrond geteeld. Hoe kijkt u daar tegenaan?

,,Laat ik duidelijk zijn: ik heb geen enkel bezwaar tegen uienteelt op zandgrond. Akkerbouwers hebben bewezen dat ze daar prima uien kunnen telen. Maar dat neemt niet weg dat kleigrond zich gewoon beter leent voor de uienteelt. De uien zijn harder, de kleur is beter en ze lenen zich ook beter voor langere bewaring. Dat zijn geen meningen, maar feiten. En ja, ik maak me zorgen over het grote, vaak dwingende aanbod van uien in de eerste maanden na de oogst. De druk op de markt wordt hierdoor steeds groter; de handel moet deze uien wel tegen een redelijk prijs kunnen verkopen.''

Twee jaar geleden is onder de vlag van HOA het project Uireka gestart met als doel het verbeteren van de kwaliteit in de hele keten. Wat zijn de resultaten tot dusver?

,,Dat zijn er heel veel! Een hele belangrijke is dat de gezamenlijke Rassenlijst blijft doorgaan; die is van grote waarde voor de hele sector. Verder weten we nu meer over de invloed van stikstof op de hardheid van uien en kunnen we met een gezamenlijk ontwikkelde toets latent aanwezige koprot opsporen. Ook wijzen eerste onderzoeken erop dat met organische reststromen geen ziekteverwekkers op het land worden gebracht. Dat zijn stuk voor stuk resultaten waar de praktijk echt iets aan heeft.''

Tot slot: duurzaamheid staat bij elke organisatie prominent op de agenda. Hoe zit dit bij HOA?

,,Ik denk dat duurzame productie de komende jaren een steeds belangrijkere rol gaat spelen bij de afzet van uien. Niet alleen in Europa, maar wereldwijd. Daarom zijn we nu bezig met het ontwikkelen van een duurzaamheidsscan van de Nederlandse ui. We willen daarmee de totale milieu footprint per kilogram product in beeld brengen bij onze afnemers. We denken dat we op dit vlak beter scoren dan andere uienexportlanden, vooral omdat we afgelopen jaren daar al heel wat slagen in hebben gemaakt. We gebruiken per kilogram product véél minder water en véél minder gewasbeschermingsmiddelen dan bijvoorbeeld Spanje of India. Vroeg of laat gaat dat een rol spelen in de markt en dan kan het zo maar eens een unique selling point van de Nederlandse ui worden.''

Holland Onion Association & Uireka

De Holland Onion Association (HOA) is onderdeel van GroentenFruit Huis, de overkoepelende branchevereniging van de Nederlandse groenten en fruithandel, waarin ook de uienverwerkers en -exporteurs georganiseerd zijn. Gijsbrecht Gunter is sinds 2009 voorzitter van de vereniging van handelaren en sinds 2015 president van het ketenbrede initiatief. In 2017 is onder de vlag van HOA het project Uireka gestart. Doel is het verbeteren van de kwaliteit en daarmee ook het versterken van de exportpositie van de Nederlandse ui. Vrijwel alle (grotere) bedrijven binnen de uienketen zijn partner in Uireka.
Voor meer info: www.uireka.nl
+Colofon