,,De techniek op een veldspuit moet altijd ten dienste staan van de gewassen en het milieu. En de extra opties moeten zichzelf terugverdienen’’, vindt Roel Hellinga in Marknesse. Hij werkt met een behoorlijk rijk uitgeruste, getrokken Amazone UX-5201-super 45 meter.
Roel Hellinga heeft samen z’n broer Arnold en z’n ouders een akkerbouw- en pluimveebedrijf in Marknesse (Fl.). Ze verbouwen pootaardappelen, consumptie-aardappelen, wintertarwe, suikerbieten, uien, witlof en winterpeen.
,,Of ik een echte techniekman ben?’’, Roel Hellinga herhaalt de vraag nog maar eens. En dan, enigszins aarzelend: ,,Ja, ik vind nieuwe technieken zeker mooi – en dan niet zozeer de software, maar meer de hardware van een machine. Maar let op: die techniek moet wel ten dienste staan van de gewassen. Extra opties op zo’n machine moeten terugverdiend kunnen worden en ook toegevoegde waarde hebben op het gebied van gebruiksvriendelijkheid.’’
Het gesprek vindt plaats bij de veldspuit van Hellinga. Een getrokken Amazone UX-5201-45 die er nu twee seizoenen heeft opzitten. ,,Een degelijke en gebruiksvriendelijk machine van een betrouwbaar merk’’, vindt de akkerbouwer. ,,En ook heel belangrijk: de dealer biedt een goede service en zit hier vlakbij. Als er een mankement is, dan kan dat meestal vlot verholpen worden.’’
Hellinga werkt met een behoorlijk rijk uitgeruste, getrokken Amazone UX-5201-super 45 meter.
De machine is uitgerust met individuele, elektrische dopbesturing (AmaSelect).
Wat als eerste opvalt is dat machine op 2,25 meter spoorbreedte en op smalle banden staat (VF 320/105/54). ,,We werken al een jaar of vijf, zes op 2,25 meter’’, vertelt Hellinga. ,,De reden daarvoor is dat we in het verleden - toen de spuit nog op 1,5 meter stond - kampten met een mindere stabiliteit. Doordat de machine zijn zwaartepunt hoog heeft liggen begon deze heen en weer te schommelen, waardoor de spuitsporen gedurende het seizoen steeds onregelmatiger werden. Dit probleem hebben we met de 2,25-spoorbreedte en de hoge VF banden grotendeels verholpen.’’ In 2017 en 2018 werd er overigens nog met brede spuitpaden gewerkt en zaten er dus ook bredere banden onder de spuit. Maar na de droge en warme zomer van 2018 is Hellinga toch weer teruggekeerd naar smalle banden. ,,De ruggen langs de spuitenpaden werden kokendheet vanwege directe instraling van zon. Daardoor hadden we in die rijen veel last van doorwas; dat wilden we niet nog een keer meemaken’’, zo legt hij uit.
Had de vorige veldspuit (ook een Amazone) een werkbreedte van 39 meter; bij de huidige machine is gekozen voor 45 meter. Behalve het voordeel van meer capaciteit, past deze breedte ook beter bij de meeste percelen. ,,Met een breedte van 39 meter kwam ik vaak op het achtereind van het perceel uit en moest ik leeg in een spuitspoor terugrijden. Dat is eigenlijk een onnodige rit. Met 45 meter kom je bijna altijd weer op het begin van perceel uit. Dat is veel efficiënter en houdt de spuitsporen ook langer intact’’, aldus de akkerbouwer.
Er zijn zes sensoren op de spuitboom aangebracht. Deze zorgen voor stabiliteit en een voortdurend gelijke hoogte boven het gewas.
Dan de spuitdoppen. Die zitten op een onderlinge afstand van 25 centimeter, waardoor het spuitbeeld (in combinatie met een fijnere druppel) volgens Hellinga ‘echt super’ is. ,,Met name bij de onkruidbestrijding in de bieten zie je echt een verschil. Met deze doppenafstand heb je meer invalshoeken en kun je veel beter onder het blad komen, waardoor er gewoon minder onkruiden overblijven.’’
Daarnaast is ook de gewasbedekking beter dan voorheen. ,,Omdat er steeds meer gewasbeschermingsmiddelen van de markt worden gehaald, wordt de keuze hierin steeds beperkter. Voor een goede bestrijding van ziekten en plagen wordt het daarom steeds belangrijker dat elke drup op de juiste plek valt.’’
Door met fijnere doppen te spuiten, neemt wel het risico op verstopping wat toe, zo erkent Hellinga. Om die reden (en ook vanwege de betere pH) spuit hij sinds een paar jaar met leidingwater in plaats van bronwater.Een mooie optie op de spuit is de individuele, elektrische dopbesturing (AmaSelect). Hiermee kun je doppen traploos dichtzetten. Dat gebeurt onder andere in het voorjaar, wanneer de aardappels net boven komen. Hellinga zet dan een derde van de doppen dicht, boven de aardappelruggen waar geen gewas staat. Vooral tijdens de eerste luisbespuitingen in pootaardappelen is dit volgens Hellinga een waardevol systeem. ,,Tijdens eerste drie à vier bespuitingen zit het gewas nog niet dicht en kun je met AmaSelect Row de doppen zo instellen dat ze alleen op de aardappelen spuiten en niet op kale ruggen. Dat is niet alleen goed voor het milieu, maar bespaart me per seizoen ook gauw zo’n €3000 tot €4000 aan spuitmiddelen. Daarmee heeft deze optie zichzelf heel gauw terugverdiend.’’
Ook wijst Hellinga graag even op de zes sensoren die op de spuitboom zijn aangebracht (ContourControl). Deze zorgen volgens hem voortdurend voor een perfecte stabiliteit en gelijke hoogte (van 25 centimeter) boven het gewas. Deze ‘actieve’ spuitbomen zijn in te stellen op drie standen: sterk, normaal en zwak. De boom staat standaard op ‘normaal’, maar op het eind van het groeiseizoen schakelt hij soms om naar ‘zwak’. ,,Vaak zijn de gewassen dan al wat ingezakt en onregelmatiger van hoogte. Het is dan juist prettig wanneer de spuitboom even wat rustiger reageert.’’
Als laatste wijst de akkerbouwer op de led-verlichting op de spuitboom – dat min of meer bij het optiepakket inbegrepen zat. ,,Tijdens hete zomerdagen spuit ik nog wel een insecticide na zonsondergang. Dan zijn die lampjes erg handig. Ze zitten bij elke spuitdop gemonteerd, waardoor je het spuitbeeld ‘s avonds zelfs beter zien dan bij daglicht.’’