,,Ik denk dat zo’n beetje alles erop zit. Alleen geen automatische boomhoogte-instelling; dat was ons nog even een brug te ver.’’ Tienus Berkepies wijst op zijn veldspuit die nog netjes opgeborgen in een hoek van de loods staat. Hoewel de machine wat ‘sporen van intensief gebruik’ vertoont, ziet hij er nog tiptop uit. ,,Dat moet ook wel. We rijden er in het seizoen een hoop mee rond. Dan mag die er wel een beetje netjes uitzien’’, vindt de akkerbouwer.

De laatste jaren neemt zijn medewerker Maurits Hoekstra het spuitwerk voor zijn rekening, maar zelf heeft Berkepies ook vele jaren ‘op de spuit gezeten’. ,,Mooi werk, waarbij je goed zicht krijgt op de stand van de gewassen. Ik heb er nooit een hekel aan gehad‘’, zegt hij daarover.

Behalve zo’n 125 hectare aan gewassen op het eigen bedrijf – vooral aardappelen, bieten en uien, wordt er jaarlijks ook nog zo’n 75 hectare voor derden gespoten. ,,Alleen al daarom moet je in mijn ogen een nette, up-to-date veldspuit hebben.’’

Berkepies werkt al meerdere jaren met het merk Hardi. ,,Kwalitatief goede machines, waarbij ook een goede service wordt verleend’’, zo vindt hij. In 2018 kwam er een nieuwe nadat de voorganger op een rotonde op z’n kant ging. ,,Gelukkig zijn er geen ernstige ongelukken gebeurd en was de spuit hiertegen verzekerd. Maar toch; schrikken was het wel’’, zo blikt hij hierop terug. Om herhaling te voorkomen werd de nieuwe spuit op een spoorbreedte van 2,25 meter gezet. ,,Dat kan prima in de aardappelen en ook in de uien, die we op bedden van 2,25 meter telen. Alleen in de bieten rijden we nu stelselmatig over een rijtje heen. Maar goed, dat heb ik wel over voor meer veiligheid en stabiliteit op het land en op de weg.’’

Gevraagd naar de plussen en minnen van zijn veldspuit, benoemt hij eerst maar even een minpuntje: de hoogte van de machine. ,,Omdat de spuit bij het opvouwen maar één scharnierpunt heeft, komen de spuitbomen een behoorlijk stuk boven de machine uit. Daar komt nog bij dat we op 54 inch cultuurbanden rijden, waardoor het geheel zo’n 4,10 meter hoog is. Daar moet je toch wel rekening mee houden onder bomen en gebouwen.’’ Voor het overige is Berkepies juist heel tevreden over de veldspuit. ,,Je merkt dat er heel veel ervaring in zit: de machine is zeer gebruiksvriendelijk en we hebben zelden tot nooit storingen.’’

De luchtondersteuning (Twin Force) is voor Berkepies ondertussen een onmisbaar onderdeel van de veldspuit. ,,Met luchtondersteuning dringen de middelen beter en dieper in de gewassen door waardoor de middelen veel beter hun plek komen. Wij durven daardoor niet alleen met aanmerkelijk lagere doseringen te spuiten; ook hebben we voor een goed spuitresultaat veel minder water nodig dan voorheen en zijn we ook nog eens veel minder afhankelijk van weer en wind. Afgelopen jaar hebben we daardoor alle aardappelen – samen zo’n 110 hectare – in één dag tegen virus en Phytophthora kunnen spuiten. En hoefden we niet eens om 5 uur ’s morgens te beginnen, maar gewoon om een uur of 7’’, zo somt hij een reeks van voordelen op.

Dat de Twin Force in de 99 procent DRT-klasse (driftreductietechniek, red.) valt, vindt Berkepies ook een mooie plus. ,,Ten eerste komen er steeds meer middelen die alleen met een DRT van 95 procent of hoger gespoten mogen worden. Met deze spuit zijn we daarop voorbereid en hoeven we niet na te denken of we een middel af moeten laten vallen vanwege extra voorwaarden aan driftreductie. Dat speelt nu al bij de onkruidbestrijding in aardappelen, maar je mag er vanuit gaan dat dit de komende jaren in meer gewassen gaat spelen.’’

Verder verwacht de akkerbouwer dat de discussies rondom teeltvrije zones en spuitvrije zones langs watervoerende sloten voorlopig nog niet ten einde zijn. ,,Je hoeft daarvoor alleen maar naar de lelieteelt in dit gebied te kijken; daar worden de eisen rondom het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen steeds strenger. Met deze spuit voldoen we voorlopig aan alle mogelijke eisen. Ik verwacht daarbij echt niet dat burgers een duim opsteken als ze ons zien rijden met de veldspuit. Maar ik kan wel uitleggen dat we met deze machine verantwoord bezig zijn met gewasbescherming en zo veel mogelijk rekening houden met de omgeving.’’