Altesse^®

Altesse is een systemisch werkend herbicide dat voornamelijk door het blad en in geringe mate door de wortels wordt opgenomen. Kort na toepassing stopt de groei van de onkruiden waarna de werking van Altesse zichtbaar wordt in de vorm van bladvergeling en uiteindelijke afsterving van blad en scheuten.

Altesse bestrijdt duist, straatgras, raaigrassen, windhalm, ruwbeemdgras, dravik, wilde haver (oot) en een groot aantal breedbladige onkruiden. Over het algemeen zijn deze onkruiden in een jong stadium het meest gevoelig. Het beste resultaat wordt verkregen als de onkruiden actief groeien. Algemeen geldt dat hoe eerder de toepassing plaatsvindt des te beter het eindresultaat is.

Vanwege resistentiemanagement is niet meer dan één toepassing per teeltseizoen mogelijk.

ATTENTIE
De behandeling moet steeds worden uitgevoerd op een gezond gewas, dat niet is verzwakt door ziekten, insecten, gebreksverschijnselen of andere factoren die de normale ontwikkeling van het gewas kunnen verstoren. De werking van Altesse is beperkt afhankelijk van de weersomstandigheden. De opname door de planten is optimaal als ze actief groeien (temperatuur boven de 5°C) en de luchtvochtigheid hoger is dan 60%. Geen behandeling uitvoeren bij (verwachting van) nachtvorst of zeer hoge temperaturen. Bij voorkeur niet toepassen op een nat gewas. Bij toepassing op een droog gewas worden de actieve stoffen binnen 4 uur opgenomen door de plant.
Aanbevolen wordt om 1 l/ha veresterde koolzaadolie zoals Robbester of Actirob B toe te voegen.

VOLGGEWASSEN
Ongunstige weersomstandigheden, zoals langdurige droogte na toepassing, overvloedige regenval of erosie hebben mogelijk een effect op de snelheid van herbiciden afbraak en daarmee op de hoeveelheid residu in de bodem.
Na de oogst van het behandelde gewas kunnen naast de in het wettelijk gebruiksvoorschrift aangegeven volggewassen ook tulpen worden verbouwd mits voor deze teelt wordt gespit of geploegd. In het voorjaar kan ook witlof veilig worden geteeld.
Voorafgaand aan deze teelten en die van alle andere gewassen dient een kerende grondbewerking te worden uitgevoerd. De grondbewerking moet zorgen voor een goede menging van grond van verschillende diepte. Iedere vorm van minimale grondbewerking wordt ontraden

VERVANGGEWASEN
Als vervanggewas kan naast de in het wettelijk gebruiksvoorschrift genoemde gewassen ook maïs worden geteeld mits voorafgaand aan de herinzaai een kerende grondbewerking wordt uitgevoerd.

VEILIGHEIDSAANBEVELINGEN BIJ HERBETREDING
Na een gewasbehandeling uitsluitend herbetreden nadat de spuitvloeistof is opgedroogd. Werkzaamheden kunnen vervolgens worden uitgevoerd zonder gebruik van beschermende maatregelen.

OVERIGE INFORMATIE

REINIGING SPUITAPPARATUUR
Altesse is een middel uit de groep van de ALS remmers. Daarom is het uiterst belangrijk de tank goed te reinigen (inclusief dop- en pompfilters en leidingen) met bijvoorbeeld Primaclean alvorens een volgende bespuiting uit te voeren in een andere teelt.

RESISTENTIEMANAGEMENT HERBICIDEN
Onkruiden kunnen bij herhaaldelijk gebruik resistentie ontwikkelen tegen producten met hetzelfde werkingsmechanisme. Pas daarom geïntegreerde praktijken voor onkruidbeheer toe. Gebruik meerdere herbicide werkingsmechanismen met overlappende onkruidspectra
binnen de teelt maar ook in de vruchtwisseling om de werkzaamheid te verhogen op bijzondere onkruidsoorten, die onvoldoende worden bestreden. Maak landbouwmachines tijdig schoon. Gebruik waar nodig cultuurmaatregelen (ploegen, zaaitijd, enz.) en vruchtwisseling.
Voorkom insleep van buitenaf. Neem voor meer informatie over resistentiemanagement contact op met uw adviseur.
*HRAC – Herbicide Resistance Action Committee

VOORKOMEN EMISSIE
Raadpleeg de “Toolbox Emissiebeperking” op www.toolboxwater.nl voor meer informatie over alle vormen van emissies naar oppervlaktewater, zoals het voorkomen van afspoeling, het verwerken van restanten en de reiniging van machines. Voorkomen emissie.