Mentha arvensis
Int. Afk.: MENAR
Mentha arvensis
Int. Afk.: MENAR
Akkermunt behoort tot de Lipbloemen familie (Labiatae of Lamiaceae).
Algemeen: overblijvend onkruid; vermeerdering overwegend door uitlopers; 15-50 cm hoog.
Belangrijkste kiemperiode: herfst
Typische kenmerken: bij fijnwrijven aromatisch naar citroen en pepermunt geurend; met ondergrondse en bovengrondse uitlopers.
Zaadlobben: afgerond, aan de basis breed, top iets uitgerand.
Loofbladeren: kruisgewijs tegenoverstaand, gesteeld, eivormig spits, aan de rand gezaagd.
Stengel: scheuten matgroen, vierkant, iets purper aangelopen, rechtopstaand of liggend-opstijgend, behaard.
Bloemen: lila, bloeiwijze wordt gevormd door (8-12, van elkaar afstaande) bladokselstandige kransen; kroon trechtervormig.
Bloeitijd: juni-oktober.
Zaden: lichtbruin, ca. 200 per plant. Levensduur van de zaden in de bodem: ca. 7 jaar.
Een minder intensieve stoppelbewerking en betere stikstofvoorziening in combinatie met minder bekalken bevorderen de opkomst van akkermunt in gewassen met een hoge lichtinval (bv. maïs). Roterende grondbewerkingsmachines delen de uitlopers in stukken, waardoor het aantal rizoomdelen groter wordt, wat de aantasting bevordert. Komt voor op zandige en kleiachtige leemgronden met tijdelijk vocht; ook op zure, arme gronden.