Psylloides affinis
Aardappelaardvlo
Bij aardappels, maar ook bij andere gewassen uit de nachtschadefamilie, zoals tomaten en zwarte nachtschade.
Classificatie
Kever, bijtend.
Aangetaste plantendelen
Wortel, blad en knol.
Ziektebeeld
De aardappelaardvlo veroorzaakt venstervraat op de boven- en onderzijde van de bladeren, beginnend vanuit de top van de plant. In het verdere verloop verdroogt de opperhuid en valt eruit. Dunne bladeren vertonen vraatgaten met een diameter van 1-3 mm. Sterk beschadigde bladeren vallen voortijdig af.
Plaaginsect
De larven van de aardappelvlo zijn witachtig, ca. 5 mm lang en in 3 borststuksegmenten en 9 achterlijfsegmenten verdeeld. Het kop-, hals- en anale schild zijn bij de larve bruin gekleurd. De kever is langwerpig-ovaal, heeft bruingele tot strogele dekschilden met putjes en een smalle, donkerbruine rugnaad. Hij is 2-2,8 mm groot. De kop is zwartbruin.
Opmerkingen
De kever komt voor in de meeste Europese landen. Hij komt maar sporadisch massaal voor. De door de larven veroorzaakte wortelvraat wordt door de aardappel meestal weer hersteld. Ook de bladvraat van de kever leidt slechts in uitzonderlijke jaren tot merkbare opbrengstverliezen.