Hydroecia micacea
Aardappelen
De aardappelstengelboorder kan op alle grondsoorten voorkomen, maar is het meest talrijk op de noordoostelijke zand- en dalgronden. Het is de rups van een nachtvlinder (uil) die in augustus en september vliegt. De vlinder heeft bruine tot bruinrode voorvleugels met een lichtbruine buitenrand. In het donkere middenveld valt een karakteristieke lichtgekleurde niervormige vlek op. De achtervleugels, die in rust onder de voorvleugels zijn gevouwen, zijn vaalwit van kleur met grijs en bruinachtige uitwaaierende strepen. De vleugelspanwijdte is 4 to 5 cm. Behalve aardappelen worden ook bieten en maïs door de rupsen aangevreten.
Aantastingsbeeld
Door de inwendige vraat stagneert de watertoevoer en verwelkt het blad van de aangetaste stengels. Bij overlangs doorsnijden van de stengel wordt de rups zichtbaar. Als de rups de stengel verlaten heeft is het ronde gat in combinatie met de uitgevreten stengel met daarin nog de aanwezige uitwerpselen van de rups een duidelijke aanwijzing voor de veroorzaker van de schade. Aantasting door de aardappelstengelboorder kan verwisseld worden met sclerotiënrot.
Levenswijze
Het vlindertje zet haar eitjes in het najaar in grasland af aan de basis van de stengel van de grassen en van sappige planten langs de sloten. De eitjes zijn aanvankelijk geelachtig wit van kleur en verkleuren later naar roodachtig. H. micacea overwintert als ei. De eieren komen eind april, mei uit. De jonge rupsen verplaatsen zich naar planten van kruidachtige gewassen en boren zich de stengels binnen. Ze vreten in het inwendige van de stengels, waarin ze vrijwel hun hele verdure rupsenleven verblijven. de vleeskleurige tot roodachtige rupsen worden tot ruim 4 cm lang. Eind juni, begin juli vreet de rups een rond gat in de Stengel waardoor ze deze verlaat, waarna ze zich in een aardholletje verpopt. Het popstadium duurt ongeveer een maand. Met het verschijnen van de vlinders in augustus is de jaarlijkse cyclus rond.
Relevantie
Behalve in uitzonderlijke gevallen is de schade in aardappelen gering, omdat de aantasting meestal tot de kantrijen beperkt blijft en één of slechts enkele stengels per plant worden aangetast.