Resseliella theobaldi (Thomasiniana theobaldi)
Frambozenschorsgalmug
Ziektebeeld
Voornamelijk in de scheuten die laag bij de grond hangen, worden donkere, verzonken vlekken zichtbaar. Daaronder bevinden zich roodachtige maden van 2 à 3 mm lang. Geringe aantasting kan al leiden tot het afsterven van de vruchtdragende scheuten in het volgende jaar.
Plaaginsect
De muggenvlucht hangt sterk af van de temperatuur en begint half mei. Al op de eerste vliegdag worden de eitjes in het aangetaste weefsel van de scheuten gelegd. Ongeveer 4 tot 7 dagen na het leggen van de eitjes komen de larven uit. De muggen van de nieuwe generatie komen vervolgens na 3 weken poppenrust te voorschijn. Overwintering van de schorsgalmug vindt plaats in de grond op een diepte van 1 tot 3 cm, vlakbij de scheuten van de framboos. Ze overwinteren als larve in een kleine cocon. Tussen maart en april vindt de verpopping plaats. Hieruit komen de muggen te voorschijn bij een grondtemperatuur van 13° C op een diepte van 2 cm en met een bodemvochtigheid van maximaal 20%.
Relevantie
Aantasting door de frambozenschorsgalmug in combinatie met verschillende schadelijke schimmels kan aanzienlijke schade aanrichten aan frambozenscheuten.