Red Green Peach Aphid

Perzikluis, groene, rode


Myzus persicae, Myzus persiae subsp. nicotianae


Bloembollen

Herkenning

Tijdens de bewaring ontstaan op de bollen rode of bruinachtige vlekken van enkel millimeters doorsnede. Aangetaste bollen worden kleverig door de honingdauw die de bladluizen uitscheiden.


Dikwijls worden de bollen dan zwart door de schimmels die zich op de honingdauw vestigen (roetdauw). De bladluizen zijn te vinden op de buitenste bolrok, vooral rond de top van de bol en op plaatsen waar de bruine huid los zit of ontbreekt. Op eventueel tijdens de bewaring uitgelopen spruiten kunnen grote aantallen bladluizen voorkomen. Het gevolg kan zijn de dat het bovenste deel van het onderste loofblad na opkomst misvormingen vertoont.


Wanneer tulpen in de kas of te velde door bladluizen worden aangetast, kunnen op de bladeren gele, ronde vlekken ontstaan. Bij ernstige aantasting is het blad misvormd.


Levenswijze

In de meeste gevallen blijft directe schade door bladluizen beperkt. Belangrijker is de indirecte schade die kan ontstaan door het verspreiden van virusziekten.


Bloembollen kunnen op verschillende momenten door verschillende bladluizen worden aangetast. Tijdens de bewaring kunnen de bollen door o.a. grijze bladluizen worden aangetast. In kassen vindt de aantasting plaats door o.a. gevlekte bladluizen, en te velde door zwarte bonenluizen en groene perzikluizen.


Na het rooien kunnen bladluizen op de bollen terechtkomen als ze enige tijd buiten staan. In de schuur vermeerderen luizen zich vooral op bollen die boven ca. 5 graden Celcius worden bewaard. Bij gekoelde bollen komen ze zelden voor omdat de vermenigvuldiging door de lage temperatuur te langzaam gaat.


Bladluizen kunnen zich ongeslachtelijk voortplanten waarbij ongevleugelde en onder bepaalde omstandigheden (o.a. bij hoge populatiedichtheid) gevleugelde vrouwelijke luizen kunnen ontstaan. De gevleugelde luizen verlaten vanaf eind april/begin mei het gewas om elders kolonies te vormen.





Myzus persicae


Fruiteelt

Herkenning

De Groene perzikluis is een belangrijke plaag in veel gewassen (zeer polyfaag). Rode luis komt sinds 1994 in Nederland voor en is geïdentificeerd als Tabaksperzikluis. Deze luis is ook zeer polyfaag (heeft een groot aantal waardplanten). Beide komen over de hele plant voor, maar leven bij voorkeur op de jonge bladeren. De luizen vormen dichte kolonies.


Met de zuigsnuit onttrekken luizen voedsel aan de zeefvaten van de plant. De insecten hebben voor hun groei veel eiwitten nodig en nemen grote hoeveelheden plantensappen op Dit sap bevat (te) veel suikers die snel weer worden uitgescheiden als honingdauw. De honingdauw dient weer als voedingsbron voor roetdauwschimmels. De bladeren en bloemen kunnen hierdoor ernstig vervuilen.


De Groene perzikluis en de Tabaksperzikluis zijn belangrijke overbrengers van virusziekten. Daarnaast brengen ze toxische stoffen in de plant, die groeimisvormingen veroorzaken.


De Tabaksperzikluis is altijd rood. De Groene perzikluis varieert van kleur van geelgroen tot roze of rood. De luizen hebben korte poten en lange antennen, die tot aan de sifonen komen. De sifonen zijn licht van kleur met een donker uiteinde. De cauda (staartje) is klein en langgerekt. De gevleugelde exemplaren hebben een bruinzwarte kop en borststuk.


Levenswijze

De Tabaksperzikluis plant zich in kassen ongeslachtelijk voort. De populatie bestaat uit levendbarende (vivipaar) vrouwtjes. Jonge luizen zijn een complete kopie van de moeder. De jongen doorlopen 4 stadia (nymfen). Na iedere vervelling blijven witte vervellingshuidjes achter. Direct na hun geboorte beginnen de luizen aan de planten te zuigen. De ontwikkelingsnelheid en levensduur hangen af van de temperatuur en het gewas, waarop de luis voorkomt.


Volwassen exemplaren kunnen zowel gevleugeld als ongevleugeld zijn. De voornaamste factor die van invloed is op het ontstaan van gevleugelde luizen is overbevolking. Bij een hoge dichtheid kunnen de luizen gemakkelijk migreren naar andere planten


De ontwikkelingsnelheid en levensduur van de groene perzikluis hangen af van de temperatuur en het gewas, waarop de luis voorkomt. Volwassen exemplaren kunnen zowel gevleugeld als ongevleugeld zijn. De voornaamste factor die van invloed is op het ontstaan van gevleugelde luizen is overbevolking. Bij een hoge dichtheid kunnen de luizen gemakkelijk migreren naar andere planten.





Myzus persicae, Myzus persiae subsp. nicotianae


Boomkwekerij


Herkenning

De groene perzikluis heeft een grote waardplantenreeks. De groene perzikluis is vooral schadelijk vanwege het overbrengen van virusziektes in verschillende gewassen. Bladluizen scheiden honingdauw af. Dit vormt een zoete, plakkerige stof op het blad waarin zwartschimmels tot ontwikkeling komen.


Levenswijze

Bladluizen overwinteren als ei op winterwaardplanten, maar soms ook als volwassen insect in kassen of in bietenkuilen. In zachte winters kunnen bladluizen op (on)kruiden overwinteren


Uit de eieren op de winterwaardplanten komt in het voorjaar de eerste generatie ongevleugelde vrouwelijke luizen. De tweede generatie bladluizen op de winterwaardplanten is gevleugeld en vliegt uit naar de zomerwaardplanten zoals akkerbouwgewassen of sierteeltgewassen. Op deze gewassen worden weer een aantal ongevleugelde generaties afgezet afgewisseld met gevleugelde generaties. Bladluizen prikken planten aan op zoek naar de zoete sapstroom in de zeefvaten. Bij het aanprikken van planten kunnen met virusziekte besmette luizen het virus overbrengen naar een andere plant. Vooral de vliegende generaties kunnen massaal virusziekten verspreiden.



Product aanbevelingen

Amaryllis (bloembollen) (voor Myzus persicae, Myzus persiae subsp. nicotianae)

Dahlia (bloembollen) (voor Myzus persicae, Myzus persiae subsp. nicotianae)

Gladiool (bloembollen) (voor Myzus persicae, Myzus persiae subsp. nicotianae)

Hyacint (bloembollen) (voor Myzus persicae, Myzus persiae subsp. nicotianae)

Lelie (bloembollen) (voor Myzus persicae, Myzus persiae subsp. nicotianae)

Narcis (bloembollen) (voor Myzus persicae, Myzus persiae subsp. nicotianae)

Tulp (bloembollen) (voor Myzus persicae, Myzus persiae subsp. nicotianae)

Iris (bloembollen) (voor Myzus persicae, Myzus persiae subsp. nicotianae)

Krokus (bloembollen) (voor Myzus persicae, Myzus persiae subsp. nicotianae)

Bijgoed (bloembollen) (voor Myzus persicae, Myzus persiae subsp. nicotianae)

Amaryllis (bolbloemen) (voor Myzus persicae, Myzus persiae subsp. nicotianae)

Dahlia (bolbloemen) (voor Myzus persicae, Myzus persiae subsp. nicotianae)

Gladiool (bolbloemen) (voor Myzus persicae, Myzus persiae subsp. nicotianae)

Hyacint (bolbloemen) (voor Myzus persicae, Myzus persiae subsp. nicotianae)

Lelie (bolbloemen) (voor Myzus persicae, Myzus persiae subsp. nicotianae)

Narcis (bolbloemen) (voor Myzus persicae, Myzus persiae subsp. nicotianae)

Tulp (bolbloemen) (voor Myzus persicae, Myzus persiae subsp. nicotianae)

Iris (bolbloemen) (voor Myzus persicae, Myzus persiae subsp. nicotianae)

Krokus (bolbloemen) (voor Myzus persicae, Myzus persiae subsp. nicotianae)

Bijgoed (bolbloemen) (voor Myzus persicae, Myzus persiae subsp. nicotianae)

Druif (voor Myzus persicae)

Laanbomen (voor Myzus persicae, Myzus persiae subsp. nicotianae)

Klimplanten (voor Myzus persicae, Myzus persiae subsp. nicotianae)

Rozen (voor Myzus persicae, Myzus persiae subsp. nicotianae)

Coniferen (voor Myzus persicae, Myzus persiae subsp. nicotianae)

Sierheesters (voor Myzus persicae, Myzus persiae subsp. nicotianae)

Kerstbomen (voor Myzus persicae, Myzus persiae subsp. nicotianae)

Heide soorten (voor Myzus persicae, Myzus persiae subsp. nicotianae)

Bos- en haagplantsoen (voor Myzus persicae, Myzus persiae subsp. nicotianae)

Vruchtbomen en -struiken (voor Myzus persicae, Myzus persiae subsp. nicotianae)

Vaste plantenteelt (voor Myzus persicae, Myzus persiae subsp. nicotianae)

Vaste plantenteelt (voor Myzus persicae, Myzus persiae subsp. nicotianae)