Tanymecus palliatus, Cleonus punctiventris, Otiorrhynligustici u.a
Snuitkever
Bijvoorbeeld de bietensnuitkevers Tanymecus palliatus en Cleonus punctiventris, ligusterlapsnuitkever. Komt voor bij suikerbieten en andere gewassen zoals peulgewassen.
Classificatie
Kever, bijtend.
Aangetaste plantendelen
Wortel, kiemplant, blad en biet.
Ziektebeeld
Bietensnuitkever (Tanymecus palliatus): zaadlobben en loofbladeren zijn vanaf de rand boogvormig uitgevreten. Daarnaast tasten de kevers ook wortels, stengels en bieten aan. Vroege aantasting kan tot het volledig afsterven van de plant leiden, latere aantasting tot verwelkingsverschijnselen. Bietensnuitkever (Cleonus punctiventris): bietenplanten verwelken, gedijen slecht en sterven gedeeltelijk af, de wortels vertonen vreetplekken.
Ligusterlapsnuitkever: vraatschade aan de bladeren en vraatgangen in de bieten.
Insect
De pootloze larven zijn wit en hebben een bruin kopkapsel. De kevers zijn ca. 10-15 mm lang, grijs gekleurd, stevig gepantserd en hebben een snuitachtig verlengde kop.
Opmerkingen
Het optreden van snuitkevers wordt bevorderd door droog weer en is regionaal van betekenis.