Tetranychus urticae
Spintmijt (rode spin)
Op de bovenzijde van de bladeren zijn kleine, lichte, puntachtige vlekken zichtbaar. Bij sterke aantasting vergelen de bladeren, waarbij de bladnerven nog lange tijd groen blijven. De spintmijt bedekt de gekoloniseerde plantendelen met een los, zeer fijndradig spinsel, dat zich bij sterke aantasting sluierachtig tussen naast elkaar gelegen plantendelen kan uitbreiden.
Ziekteverwekker
Bij droog en warm weer treden zij in sterkere mate op. De vrouwtjes zijn ca. 0,6 mm lang, geelachtig of groenachtig gekleurd en ovaal met vier paar kleurloze poten. De mannetjes zijn kleiner en bezitten een toegespitst lijf. Overwintering vindt plaats als volwassen mijt. De mijt doorloopt 6-8 generaties per jaar, waarvan de laatste 2-3 vaak op wijnstokken voorkomen.