Magnesiumgebrek
Magnesiumgebrek
Ziektebeeld
Een tekort aan deze voedingsstof treedt vaak op in het bloeistadium en leidt tot verblekingen van de intercostale veldjes (= ruimte tussen de bladnerven), waarbij de oudere bladeren het eerst getroffen worden. In het verdere verloop vergelen de intercostale veldjes en ontstaan necrotische plekken, die tot aan de bladrand reiken. De bladrand blijft daarbij relatief lang groen. De genecrotiseerde bladeren worden broos en sterven vroegtijdig af. Magnesiumgebrek treedt vaak op op lichte, zure gronden.
Relevantie
Magnesium is een belangrijk bestanddeel bij de vorming van chlorofyl en beïnvloedt de stofwisseling van fosforzuur. Een tekort kan daarom tot lagere opbrengsten leiden. Daarnaast verhoogt magnesium het gehalte belangrijke bestanddelen, zoals bv. eiwit en zetmeel. Daarom moet een passende bemesting van de bodem in de herfst en het voorjaar plaatsvinden. Bovendien dient rekening gehouden te worden met de pH-waarde van de bodem, die tussen de 5,5-5,8 en op zware gronden tussen de 6,0-6,2 moet liggen. Acute gebreksverschijnselen kunnen met behulp van bladbemesting verholpen worden.
Magnesiumgebrek
Druiven
Ziektebeeld:
Een tekort aan deze voedingsstof treedt vaak op in het bloeistadium en leidt tot verblekingen van de intercostale veldjes (= ruimte tussen de bladnerven), waarbij de oudere bladeren het eerst getroffen worden. In het verdere verloop vergelen de intercostale veldjes en ontstaan necrotische plekken, die tot aan de bladrand reiken. De bladrand blijft daarbij relatief lang groen. De genecrotiseerde bladeren worden broos en sterven vroegtijdig af. Magnesiumgebrek treedt vaak op op lichte, zure gronden in Noordwest-Duitsland.
Voorkomen/betekenis:
Magnesium is een belangrijk bestanddeel bij de vorming van chlorofyl en beïnvloedt de stofwisseling van fosforzuur. Een tekort kan daarom tot lagere opbrengsten leiden. Daarnaast verhoogt magnesium het gehalte belangrijke bestanddelen, zoals bv. eiwit en zetmeel. Daarom moet een passende bemesting van de bodem in de herfst en het voorjaar plaatsvinden. Bovendien dient rekening gehouden te worden met de pH-waarde van de bodem, die tussen de 5,5-5,8 en op zware gronden tussen de 6,0-6,2 moet liggen. Acute gebreksverschijnselen kunnen met behulp van bladbemesting verholpen worden.
Magnesiumgebrek
Granen
Overwegend bij gerst en haver.
Ziektebeeld
De symptomen beginnen altijd eerst op de oudere bladeren met verblekingen, omdat het sporenelement magnesium, een belangrijk bestanddeel van bladgroen, van oudere bladeren naar nieuw groeiende bladeren verplaatst wordt. De verblekingen zijn eerst parelkettingachtig langs de bladnerven gerangschikt. Bij toename van de verblekingen ontstaan daarin witbruine, necrotische plekken. Daar komen, vooral bij gerst, vergelingen van de bladtoppen en -randen bij. Bij haver komen de heldere lengtestrepen bijzonder duidelijk naar voren.
Relevantie
De magnesiumvoorziening is sterk afhankelijk van het oergesteente van de grond op de standplaats. Magnesiumgebrek treedt vooral op op voedselarme hoogveengronden, verweerde gronden met zuur gesteente en zandgronden. Gebreksverschijnselen kunnen echter ook ontstaan door een sterke wisselwerking met andere in de bodem aanwezige ionen. De symptomen zijn het duidelijkst te zien in droge perioden tijdens het uitlopen.
Glasgroenten
Magnesium (Mg) is een bouwsteen van het bladgroen in de plant. Een tekort wordt het eerst zichtbaar in de oudste bladeren, die lichtgeel verkleuren waarbij nerven en bladranden groen blijven
- Bij een beginnende aantasting wordt de gezonde groene kleur van de bladeren minder
- Als het gebrek ernstiger wordt, wordt het blad tussen de nerven geel terwijl de nerven groen blijven.
Omdat bladgroen licht omzet in energie door middel van fotosynthese is Magnesium (Mg) als bouwsteen onmisbaar voor een plant. Een tekort leidt tot een versnelde afbraak van bladgroen. Dit geeft chlorose (vergeling) van de oudere bladeren, de nerven blijven groen. De assimilatie van een gewas met Mg-gebrek blijft achter, de opbrengst vermindert.
Magnesiumgebrek komt vooral voor bij een lage pH. De H+ -ionen gaan de opname van de Mg2+-ionen tegen. Magnesium beïnvloedt daarnaast ook de verplaatsing van koolhydraten van de bladeren naar andere delen van de plant en het stimuleert ook de opname en het transport van fosfaat. De opname van Mg wordt beïnvloed door de aanwezigheid van andere positieve ionen. Bij een overmaat van K+ (kalium), NH4+ (ammonium) en Na+ (natrium) wordt magnesium slecht door de wortels opgenomen en kan magnesiumgebrek optreden ondanks het feit dat de Mg voorraad in het wortelmilieu op peil is. Ook bij een slechte bodemstructuur of te lage worteltemperatuur kan een gebrek optreden. Magnesiumgebrek kan ook ontstaan door teveel aan calcium.
Een overmaat aan Magnesium belemmert de opname van calcium
Magnesiumgebrek
Suikerbieten
Schadebeeld
De oudere bladeren vertonen lichte gele plekken tussen de nerven en aan de bladrand, met een duidelijke aflijning van de nog groene bladnerven. Het weefsel is verdikt en licht bros, de bladeren zijn stijf en bros. Necrotische vlekken kunnen verschijnen op de aangetaste weefsels.
Bevorderende factoren
Kalkrijke gronden. Hoge kalium- in combinatie met lage magnesiumvoorziening (K:Mg groter dan 3:1), kou, droogte, slechte bodemstructuur, lage pH, aaltjes.
Oorzaken
Te laag magnesiumgehalte in de bodem, veel calcium en/of kalium in de bodem. Magnesiumgebrek kan ook ontstaan door een slechte beworteling als gevolg van een slechte bodemstructuur, aantasting door aaltjes of een te lage pH.
Preventie/bestrijding
De pH aanpassen. Magnesiumbemesting als basisbemesting toepassen (magnesiumkalk, kieseriet). Curatieve bladbespuitingen met magnesium zijn zelden rendabel.
Aanwijzingen
Bodemanalyse. Vergeling van de oudere bladeren. De bladeren breken met een knakkend geluid. De planten zijn gevoelig voor zwakteparasieten (Alternaria).
Verwarring mogelijk met
• Kaliumgebrek
• Zwak vergelingsvirus