Boomteelt Koerier.png

Als loonbedrijf moet je meebewegen met veranderingen



Loonbedrijf Gebr. De Boer in Lottum (Lb.) is gespecialiseerd in werkzaamheden voor de boomkwekerij. Veel machines en werktuigen op het bedrijf zijn eigenhandig aangepast voor teelten als rozen, conifeer en taxus. ,,We zijn goed in pionieren en doen graag iets wat andere loonbedrijven niet doen’’, zegt Rob de Boer (45), die samen met zijn broer Niek (44) het bedrijf runt. Hoewel Rob zijn zorgen heeft over de toekomst – ‘kan iedereen in dit gebied nog wel z’n brood verdienen met al die regels?’ – probeert hij met nieuwe initiatieven het bedrijf toekomstbestendig te houden. ,,We moeten blijven meebewegen met veranderingen.’’



Rob de Boer (foto) runt samen met zijn broer Niek het loonbedrijf Gebr. De Boer in Lottum (Lb.) De broers hebben acht mensen in vaste dienst. In drukke tijden huren ze extra losse krachten in.


Het is half september en relatief rustig bij loonbedrijf Gebr. De Boer. Op het land is het meeste werk voorlopig even achter de rug. Her en der moeten er nog wat groenbemesters worden gezaaid, maar dat heeft volgens Rob de Boer geen grote haast. ,,We gebruiken onze tijd nu vooral voor onderhoud, reparaties en aanpassingen van machines’’, zegt hij terwijl hij zijn bezoek naar de ontvangstruimte van het bedrijf loodst.

Wat bij aankomst meteen opvalt: het complete bedrijfspand is zo goed als nieuw. En dat heeft volgens Rob helaas geen prettige reden. Hij vertelt: ,,Drie jaar geleden is ons bedrijf volledig afgebrand. Waarschijnlijk door een accubrand van een boormachine. Het was een grote klap. Niet alleen voor onze familie, maar ook voor ons personeel. Heel even hebben we getwijfeld of we wel door moesten gaan, maar al gauw hebben we de schouders eronder gezet en voor herbouw gekozen. En ja, daar zijn we eerlijk gezegd best trots op!’’


Zelf aangepaste machines

Tijdens een rondgang door de bedrijfshallen is een keur aan machines en werktuigen te zien. Van bemesten, bekalken, plantklaar maken en het aanleggen van druppelirrigatie tot en met het rooien dan wel versnipperen van gewassen; voor alle denkbare werkzaamheden in de boomkwekerij staat er wel een machine klaar. Velen daarvan zijn aangepast voor de specifieke teelten in het gebied, zoals een klembandrooier voor rozenstruiken, een rozenzaaimachine, een versnipperaar voor rozenstruiken en een kappenspuit waarvan de kapbreedte traploos instelbaar is voor verschillende teelten. ,,De meeste aanpassingen zijn door onze oom bedacht, die hiervoor samen met mijn vader het bedrijf runde. Hij was een echte Willy Wortel en heeft heel wat unieke werktuigen gemaakt, die we nu nog steeds gebruiken.’’ Volgens Rob heeft de specialisatie in boomkwekerijgewassen door de jaren heen een brede klantenkring opgeleverd, die tot ver in Limburg en Brabant reikt. Daardoor komt ca. 40 procent van omzet voort uit loonwerk voor boomkwekerijen.




In de werkplaats is een medewerker bezig aanpassingen door te voeren aan een klembandrooier voor rozenstruiken.



‘Bewust bezig met gewasbescherming’

Voor wat betreft de gewasbescherming beschikt het bedrijf over een zelfrijdende veldspuit (vooral voor akkerbouwgewassen) en een – hiervoor al genoemde – kappenspuit. Deze laatste wordt vooral ingezet bij boomkwekers in de omgeving, met name als ‘laatste redmiddel’ voor het geval schoffelen niet (meer) lukt. De Boer geeft aan dat vrijwel alle boomkwekers in de omgeving over eigen, specifieke schoffelwerktuigen beschikken. ,,Daar kunnen wij als loonbedrijf niet zoveel aan toevoegen.’’

De Boer merkt dat zijn klanten steeds bewuster bezig zijn met gewasbescherming. Of beter gezegd: met het zo min mogelijk inzetten van chemie. ,,Veel telers zijn intensief bezig met bodemverbetering, waardoor gewassen weerbaarder worden tegen ziekten en plagen. Ook heeft de teelt van tagetes tegen aaltjes (Pratylenchus penetrans, red.) hier een grote vlucht genomen. Jaarlijks zaaien we er al meer dan 350 hectare van in. Verder wordt er steeds gerichter gekeken naar verruiming van het bouwplan. Daarvoor is samenwerking tussen telers van groot belang. Als loonbedrijf - met 200 hectare akkerbouw erbij - proberen we een verbindende en bemiddelende rol te spelen. Hoofddoel daarbij is dat iedere teler iets aan zijn gewassen kan verdienen.’’


Uitgedund middelenpakket

Hoewel De Boer de genoemde ontwikkelingen vooral toejuicht, maakt hij zich niettemin zorgen over de uitdunning van het middelenpakket. ,,Vroeger hadden we middelen als linuron, waarmee we heel effectief heel veel onkruiden in één keer konden opruimen. Nu hebben we veel meer middelen nodig, met vaak ook nog eens hogere doseringen, waarmee we vaak niet eens hetzelfde resultaat bereiken. Bovendien moeten we hierdoor nog meer met de spuit de weg op, iets waar ik als loonwerker ook niet echt op zit te wachten…’’

De Boer merkt dat de argwaan rondom gewasbescherming sowieso al gestaag toeneemt in zijn werkgebied. ,,En dat voelt onterecht, vooral omdat we de afgelopen decennia juist ontzettend veel gedaan hebben om de milieubelasting terug te brengen’’, zo vindt hij. Daar komt nog eens de dreiging van extra (gemeentelijke) regels bij, zoals spuit- of teeltvrije zones rondom dorpskernen. ,,Dat alles maakt ons werk er niet leuker op. En bovendien: kan iedereen in dit gebied straks nog wel z’n brood verdienen met al die regels?’’




De kappenspuit is op veel onderdelen aangepast voor gebruik in de boomkwekerij. Zo is de kapbreedte traploos instelbaar voor verschillende teelten.


Meebewegen met veranderingen

Toch wil De Boer ook weer niet teveel somberen. ,,Als ondernemer moet je meebewegen met veranderingen en daar kunnen ook weer kansen uit ontstaan’’, zo wil hij graag gezegd hebben. Als voorbeelden noemt hij de olieperserij voor koolzaad en zonnebloemen, die na de brand op het bedrijf is gebouwd. ,,Zo’n gloednieuwe installatie zorgt toch weer voor een boost binnen het bedrijf en biedt ook nieuwe perspectieven waar we onze tanden in kunnen zetten.’’ Daarnaast is vier jaar terug ook de teelt van hennep opgepakt, waar volgens de loonwerker ook zeker muziek in zit. ,,Qua teelt past het hier goed als rustgewas en voor wat betreft de afzet zijn er ook genoeg mogelijkheden. Denk aan lokaal geproduceerd, duurzaam bouwmateriaal of aan hennepsnippers als afdekmiddel in potten tegen onkruid. Hennep zou hier prima uit kunnen groeien tot vierde of vijfde gewas in het bouwplan.’’

Gevraagd naar de verdere toekomst van het bedrijf, hoopt De Boer dat zich na de derde generatie – hij en broer Niek – weer een vierde generatie voor het familiebedrijf aandient. ,,Mijn zoon van 16 heeft er in ieder geval wel oren naar, al is het nog wel wat vroeg om daar al op voor te sorteren. Gelukkig zie ik bij hem wel dat onbevangen enthousiasme dat nodig is voor dit vak. Niet teveel met zorgen bezig zijn, maar vooral de kansen zien. Zo zijn mijn broer en ik er ook ooit aan begonnen.’’





In de nieuwe rubriek In bedrijf laten we ondernemers aan het woord die actief zijn in de (uitvoerende) gewasbescherming. Dat kunnen loonbedrijven en loonspuitbedrijven zijn, maar ook zzp-ers die zich op een specifieke toepassing of gewas richten. Hoe kijken zij naar de ontwikkelingen binnen de gewasbescherming? Hoe anticiperen zij daarop met hun bedrijf? En vooral: hoe zien zij de toekomst van de gewasbescherming? In deze aflevering: Rob de Boer van loonbedrijf Gebr. De Boer in Lottum (Lb.).