Schimmels onder controle houden met een volledig groen schema? Het kán, zo laat Vromans Kwekerijen in Biest-Houtakker (N-Br.) zien. De afgelopen jaren experimenteerde het bedrijf volop met het biologische middel Serenade. En dat werpt zijn vruchten af. De afgelopen winter is in de stekteelt van heesters en coniferen uitsluitend met Serenade gewerkt.,,De ervaringen zijn ondertussen zo goed, dat we nu rigoureus omschakelen naar Serenade’’, zegt bedrijfsleider en vennoot Geert-Jan van der Heijden.
Geert-Jan van der Heijden (rechts) is bedrijfsleider en vennoot bij Vromans Kwekerijen BV in Biest-Houtakker (N-Br.).
Het bedrijf is gespecialiseerd in heesters en coniferen. Gezamenlijk worden er meer dan 300 verschillende soorten geteeld (als stekken, in potten en in de vollegrond). Vromans Kwekerijen omvat ongeveer 100 hectare, waarvan 3 ha kasteelt, 16 ha containerveld en 85 ha vollegrondsteelt. Het bedrijf heeft jaarrond ca. 40 mensen in vaste dienst. Iwan van der Steen (links) is technisch commercieel adviseur boomkwekerij bij Kiemkracht.
,,Op dit moment is het een beetje een rommelperiode. De stekafdeling zit vol, we beginnen met een nieuwe ronde oppotten en de uitplant van stekken in de vollegrond is ook van start gegaan. Alles loopt nu in elkaar over en dat vraagt even wat extra aandacht’’, zegt Geert-Jan van der Heijden wanneer hij de kantine binnenloopt. Ondanks de drukte neemt hij ruim de tijd om samen met zijn vaste adviseur Iwan van der Steen van Kiemkracht de gewasbescherming op het bedrijf door te nemen. ,,Gelukkig hebben we nu een redelijk mooi voorjaar met een snellere start van de gewassen. En ook de afzet is mooi op tijd gestart, waardoor we het werk tot dusver redelijk hebben kunnen spreiden’’, zo opent de bedrijfsleider het gesprek, refererend aan het vreselijke late ‘horror-voorjaar’ 2024.
Ook Van der Steen merkt dat het jaar aanzienlijk prettiger en overzichtelijker verloopt dan vorig seizoen, al wijst hij erop dat de relatief donkere en sombere winter met weinig zonuren veel schimmeldruk op de stekken heeft gelegd. ,,Dat zien we nu ook terug in de beworteling; die loopt toch iets achter in vergelijking met voorgaande jaren.’’
Een uitpakrobot haalt hydrangea-stekken uit de trays. Medewerkers kijken de planten na en leggen ze in kisten. Begin april worden er veel orders klaargemaakt. Deze stekken gaan naar Scandinavië.
Preventieve maatregelen
Schimmelinfecties (van o.a. Pythium en Botrytis) probeert het bedrijf allereerst zoveel mogelijk te voorkomen via preventieve (teelt)maatregelen. Van der Heijden haalt daarvoor verschillende voorbeelden aan, zoals het ’s morgens vroeg kort luchten van stekken onder folie. ,,Door het folie een korte periode weg te rollen, hebben we aanzienlijk minder last van schimmels, zo hebben we gemerkt.’’ Nog zo’n voorbeeld is het opkweken in dubbele trays (twee trays in elkaar), waardoor zo’n 1,5 cm ‘luchtruimte’ tussen de onderste wortels en het containerbed ontstaat. ,,Planten zijn daardoor minder gevoelig voor schimmelinfecties, zoals Pythium en Phytophthora’’, zo weet de bedrijfsleider.
Portugese laurierkers (Prunus lusitanica) onder folie.
In deze stekken is in de winter frequent Serenade toegepast (bodembehandeling en bladtoepassing). ,,Andere middelen hebben we niet nodig gehad om de stekken gezond en ziektevrij te houden’’, zo stelt adviseur Van der Steen.
Ook bij de waterafvoer van de containervelden is aan ‘preventief ziektebeheer’ gedacht. Door de velden in een dak-model (met een zeer lichte helling) te bouwen, loopt overtollige regen aan beide zijden naar het betonpad. ,,Bij veel regen in één keer komen de betonpaden even onder water te staan, maar via buizen in het pad gaat het water naar een retentievijver en kan het hergebruikt worden. Behalve dat de planten zo niet meer in het water staan en schimmels minder kans krijgen, voorkomen we op deze manier ook afspoeling van middelen in het oppervlaktewater’’, aldus Van der Heijden.Chemie blijft nodig.
Ook voor wat betreft het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen probeert het bedrijf zoveel mogelijk preventief en ‘groen’ te werken. Dat dit een ‘zeer uitdagende klus’ en soms ook gewoon een ‘onmogelijke klus’ is, weten beide mannen als geen ander. Van der Steen vertelt over het wegvallen van belangrijke (chemische) middelen tegen taksterfte in coniferen. ,,Dat maakt het erg lastig om deze ziekte in de zomermaanden onder controle te houden, zeker in de gevoelige Juniperus-soorten.’’ Ook de bestrijding van mijten (in de buitenteelt) is een forse uitdaging geworden door het wegvallen van middelen.
Dat dit kan leiden tot het afbouwen of zelfs afstoten van teelten, weet Van der Heijden maar al te goed. ,,Nog niet zo lang geleden teelden we nog meer dan een miljoen stuks buxus. Omdat buxusmot en ook Cylindrocladium niet of nauwelijks meer te bestrijden zijn, zitten we nu nog maar op zo’n 90.0000 stuks. Dat heeft natuurlijk te maken met de sterk afnemende interesse van de consument, maar zeker ook met het feit dat we deze plaag en ziekte zelf niet meer goed de baas kunnen.’’
Veel stekken, zoals hier Taxus, worden opgekweekt in dubbele trays (twee trays in elkaar.
Hierdoor ontstaat er 1,5 cm ‘luchtruimte’ tussen de onderste wortels en het containerbed. Planten zijn daardoor minder gevoelig voor schimmelinfecties, zoals Pythium en Phytophthora
.
Onkruiden en mos blijven een geduchte tegenstander op het bedrijf. In dit vak wordt een deklaag van bark en houtvezel (links) vergeleken met afdekking met miscanthus (rechts).
,,Miscanthus is nieuw voor ons; we gaan zien of dit net zo goed werkt als bark met houtvezel’’, aldus Van der Heijden.
Ervaring met groene middelen
Hoewel Van der Heijden zich zorgen maakt over het wegvallen van belangrijke chemische middelen voor de boomkwekerij, ziet hij tegelijkertijd ook een interessante uitdaging in het testen en toepassen van groene (biologische) middelen. De bedrijfsleider vertelt al zeker 25 jaar met plantversterkers, biostimulanten en biologische middelen in de weer te zijn. ,,Ik heb ze niet geteld, maar ik denk dat we zeker 30 van die groene middelen hier op het bedrijf hebben getest. Uiteindelijk zijn er daar maar vier of vijf van overgebleven; de rest kon zijn claims gewoon niet waarmaken.’’
Een middel dat de verwachtingen wél heeft ingelost is Serenade. Van der Heijden vertelt al zeker tien jaar met het middel te werken. ,,We begonnen ermee in de kas met een proef in Osmanthus, een groen blijvende heester. Dit gewas is vrij dicht en in de winter heerst er vaak een relatief grote schimmeldruk. In onze proef hebben we het fungicide-effect van Serenade vergeleken met een gangbaar chemisch schema. Omdat we op het eind geen verschil zagen tussen beide objecten - dat wil zeggen: in beide schema’s bleven de planten gezond - zijn we in de jaren daarna doorgegaan met Serenade in de stekteelten.’’
Mini-kerstbomen (Conica) is een grote en belangrijke teelt op het bedrijf, vertelt Van der Heijden. ,,Vooral de maanden april en mei zijn altijd spannend, want dan moeten de nieuwe scheuten op gang komen.
Slecht weer - of nog erger - vorst kan dan veel roet in het eten het eten gooien. Pas na IJsheiligen ben ik er echt gerust op dat ’t goed komt.’’
Van der Heijden en Van der Steen controleren het wortelgestel van een partij coniferen. Het seizoen is erg droog van start gegaan, waardoor de regenhaspel (op achtergrond) begin april alweer volop in bedrijf is.
Volledig over op Serenade
Nu, tien jaar later, wordt Serenade in vrijwel alle heester- en coniferenstekken op het bedrijf toegepast. Afgelopen winter is er (van half november tot half februari) zelfs voor het eerst uitsluitend preventief Serenade ingezet tegen schimmels, dus zonder aanvullende chemie.
Van der Heijden legt uit dat het middel als bodemtoepassing (tegen o.a. Pythium) en ook als bladtoepassing (tegen o.a. meeldauw, bladvlekken, Botrytis) wordt ingezet. ,,We beginnen dan met een bodemtoepassing, waarbij we het middel inregenen. Een aantal weken daarna - afhankelijk van de gewasontwikkeling - gaan we over op een bladtoepassing. Met één middel kunnen we zo alle belangrijke schimmels onder controle houden.’’
,,Zo willen we het graag zien’’, zegt Van der Heijden over het wortelstelsel van deze Berberisplant.
Volgens adviseur Van der Steen geeft deze volledig ‘groene’ werkwijze aan dat het vertrouwen in Serenade groot is, al benadrukt hij wel dat het middel altijd preventief en consequent wekelijks moet worden toegepast. ,,De essentie is om het gewas preventief gezond te houden. Als er eenmaal ziekte in komt, kun je niks meer met Serenade en zul je alsnog chemisch in moeten grijpen.’’ Volgens Van der Heijden is dat de afgelopen jaren maar één keer nodig geweest tijdens een periode met langdurig vochtig weer. ,,We zullen vast nog wel eens een keer onze neus stoten, maar de resultaten met Serenade zijn zodanig goed dat we nu ook echt voor een volledig groen schema gáán’’, zo besluit hij.
Begin april wordt er volop geplant in de vollegrond, zoals hier prunus (laurier).
Door het groeizame weer zijn de eerste kiemwortels alweer uitgelopen.