Wim van Vugt heeft een glastuinbouwbedrijf in Hendrik Ido Ambacht. In de winter teelt hij paksoi, in de zomermaanden groeien er aubergines in de kassen. 80 procent van de paksoi gaat naar de retail, aldus de teler. „Als wij de afzet van paksoi niet gereguleerd krijgen via The Greenery, durven wij het niet aan de groente op deze grote schaal te telen. Veel paksoi komt uit Spanje. Daar is dit jaar een groot deel van de oogst door het koude weer mislukt. Maar hebben Spaanse telers een goed jaar, dan hebben de Nederlandse telers The Greenery beslist nodig om hun afzet goed geregeld te hebben.”

The Greenery levert paksoi aan supermarkten als Jumbo, Plus en Albert Heijn. Deze supers stellen bovenwettelijke eisen aan de Maximale Residu Limiet (MRL), legt Rien Simonse uit, werkzaam bij de afdeling Kwaliteit & Milieu van The Greenery in Barendrecht. „Supermarkten vinden het van groot belang dat er zo weinig mogelijk residu op groente en fruit zit. Onze retail klanten stellen de eis van 50 procent van de Europese MRL. Maar ze willen ook dat de producten aan alle uiterlijke kenmerken voldoen. Daar ligt een uitdaging voor de teler.”

Volgens Van Vugt zit het probleem in het feit dat er maar beperkte mogelijkheden in het traditionele middelenpakket zijn. Paksoi onder glas is een vrij kleine teelt, zegt hij. „Er is weinig ontwikkeling in de chemische gewasbescherming en er wordt weinig onderzoek naar nieuwe middelen gedaan. Er zijn wel middelen waarvan de MRL-waarden bekend zijn, maar die hebben een beperkte werktijd. Ik ging mij afvragen hoe ik kan garanderen dat ik onder de bovenwettelijke MRL-eis van 50 procent blijf én een hoogwaardig product kan leveren. Ik vind het belangrijk om toekomstgericht te denken en eventuele problemen een stapje voor te zijn.”

Paksoitelers gebruiken vooral gewasbeschermingsmiddelen tegen bladvlekkenziekte en andere schimmels in de kas. Paksoi wordt tussen begin september en eind oktober geplant, de oogst vindt tussen 1 november en 1 maart plaats. Van Vugt: „In de winterperiode, als de dagen korter worden, gaat de plant in de vertraging. Dat is de moeilijkste periode, omdat de middelen dan minder snel worden afgebroken. De vraag is hoe lang je moet wachten voordat het gewas vrij is van residu. Ik durf niet te garanderen dat wanneer je met drie weken op 100 procent MRL zit, je na zes weken op 50 procent zit. We zetten de middelen al vroeger in dan normaal, want als ik aan het einde van de rit op 60 procent MRL uitkom, ben ik 80 procent van mijn afzet kwijt. Daar is deze teelt te duur voor.”

Van Vugt legde zijn probleem voor aan Simonse, die de teler attendeerde op het bestaan van het biologische middel Serenade. Simonse: „Ik wist van het bestaan van Serenade af en dat daar goede resultaten mee worden behaald. The Greenery heeft regelmatig contact met Bayer, we hebben in het verleden foodchain-projecten met elkaar uitgevoerd.” Volgens Simonse is het beslist niet een taak van The Greenery om voorlichting over middelen te geven. „Daar zijn we heel voorzichtig mee”, zegt hij. „We zien het wel als onze rol om vraagstukken van telers of retail helder in beeld te krijgen. We kunnen dan als een soort kennismakelaar problemen en oplossingen aan elkaar knopen.”

Wim van Vugt is erg tevreden over Serenade. „Het biologische middel geeft mij de zekerheid dat ik aan de bovenwettelijke MRL-eisen kan voldoen, zonder afbreuk te doen aan leverzekerheid en kwaliteit”, zegt hij. „Niet iedereen is in staat om in de winter goede paksoi te zetten, daar moet je je in specialiseren. Je moet blijven zoeken en je blijven ontwikkelen.” De teler heeft het middel vooral preventief ingezet. „Ik heb de behandelingen met traditionele gewasbeschermingsmiddelen nog verder naar voren gehaald. Nu hadden we dit jaar relatief weinig problemen met bladvlekkenziekte, maar de druk is er wel. Door de goede resultaten durf ik Serenade volgend jaar weer in te zetten.”

Behalve preventief heeft de teler het groene gewasbeschermingsmiddel ook curatief gebruikt. Van Vugt had vier kapjes paksoi tegen de schuur aan staan, die iets waren achtergebleven in groei. Op een gegeven moment zag hij daar toch wat bladvlekken in ontstaan. „We hebben toen nog een extra bespuiting met Serenade uitgevoerd. Daarna zagen we duidelijk dat de bladvlekken niet doortrokken en de ziekte tot stilstand kwam. Ik kan niet garanderen dat het middel altijd 100 procent werkt, maar ik ben er wel van overtuigd dat het voor mij een meerwaarde heeft.”

Ook Rien Simonse is enthousiast over de toepassing van Serenade in de paksoiteelt. „We hebben een analyse gedaan en de resultaten waren zéér goed.” Op de vraag in hoeverre The Greenery het middel bij andere telers onder de aandacht gaat brengen, antwoordt hij: „Zoals ik al heb gezegd, zijn wij voorzichtig met het geven van voorlichting. Het kan echter wel gebeuren dat, nu de eisen aan residuen steeds strenger worden, wij aan telers gaan vertellen dat er met Serenade goede resultaten in brassica’s worden behaald.”

Levert de schone paksoi teler Van Vugt een hogere prijs voor zijn producten op? „Nee, ik krijg niet direct meer voor de kool uitbetaald”, besluit hij. „Maar wij kunnen wel richting The Greenery laten zien dat wij een stabiele factor zijn in het aanleveren van paksoi. Dat levert ons indirect een goede positie op wat leverzekerheid betreft, met een grote kans dat wij volgend jaar weer paksoi aan The Greenery kunnen leveren.”