Producten

Opiniestuk Onnodig Gebruik 2024

Christy van Beek (PhD), duurzaamheidsmanager Bayer Crop Science

De Tweede Kamer debatteert op 14 mei over gewasbescherming. Een belangrijk onderdeel van dit debat is de aangenomen motie over het verbod op het doodspuiten van graslanden en vanggewassen per 1 juli 2024. De motie spreekt van ‘onnodig gebruik’ en de opstellers van de motie schijnen ervan uit te gaan dat een uitvoering van een verbod geen enkele consequentie zal hebben voor boer, maatschappij of milieu. Dat is een misverstand.

 

Graslanden en Vanggewassen

Eerst even iets over het gebruik van glyfosaat om grasland en vanggewassen dood te spuiten. Een boer kan om verschillende redenen van zijn grasland af willen. Het kan zijn dat hij (of zij) het opnieuw in wil zaaien, omdat er teveel onkruid in is gekomen, of omdat de boer een ander gewas wil telen. Vanggewassen worden na de hoofdteelt ingezaaid (meestal in oktober) en zijn bedoeld om uitspoeling van nutriënten en gewasbeschermingsmiddelen te voorkomen en dragen bij aan bodemherstel.

Vanggewassen zijn dus een milieumaatregel, met eigenlijk maar één nadeel; ze moeten voor het begin van het seizoen wel weer verwijderd worden. Als de boer geluk heeft, vriest het vanggewas kapot, dan doet de natuur het werk. Maar als de winter zacht en nat is, zoals dit jaar, staat het vanggewas er aan het begin van het seizoen nog vrolijk bij en is de draagkracht van de bodem te laag om het mechanisch (ploegen) te kunnen verwijderen. Twitter staat vol met trekkers die dit voorjaar zijn vastgelopen met desastreuze gevolgen voor de bodem. Met alle aandacht voor het belang van bodemkwaliteit is dat het laatste wat we zouden moeten willen. Glyfosaat is dan een mogelijk alternatief.

 

Broeikasgas of actieve stof?

Zonder het gebruik van glyfosaat staat een boer voor 2 opties; een ander herbicide gebruiken of ploegen als dat mogelijk is. De eerste optie is een stap achteruit voor het milieu; er is op dit moment geen breedwerkend herbicide voorhanden met een beter milieuprofiel dan glyfosaat. Als het deze kant op gaat, is het echt achteruit boeren met het gebruik van meer middelen met een slechter milieuprofiel en dus meer impact tot gevolg.

De tweede optie, ploegen, kan alleen als de bodem voldoende droog is. Voor 1 hectare ploegen is 20-45 liter diesel nodig[1]. Dat is een directe uitstoot van 60-117 kg CO2([2]). Daar bovenop komt dat door ploegen de organische stof in de bodem afbreekt (die eerst zo zorgvuldig is opgebouwd): per hectare ploegen komt er zo ongeveer 1800 kg CO2 vrij[3]. Oftewel, één hectare ploegen zorgt voor bijna 2000 kg CO2 emissie. Dit is vergelijkbaar met de uitstoot van 20.000 km rijden met een auto[4]; geen verwaarloosbare hoeveelheid. 

Bij het gebruik van glyfosaat wordt ongeveer 1 L actieve stof per hectare gebruikt en is de uitstoot door dieselverbruik veel lager (<10 kg CO2). Ook als er rekening wordt gehouden met de uitstoot tijdens de productie van glyfosaat[5], blijft de uitstoot veel lager dan bij ploegen. De keus is dus tussen broeikasgasemissie en het gebruik van een herbicide. Dit zijn twee niet te vergelijken eenheden. Wie het weet mag het zeggen, maar onnodig gebruik bestaat niet.

 

Christy van Beek (PhD), duurzaamheidsmanager Bayer Crop Science

 

 

 

 

 

 


[1] Dit hangt af van het type ploeg, ploegdiepte en bodemsoort, zie bijv. Drenth (2011): Ploegen mag anderhalve ton tarwe kosten. Akkerwijzer, Anoniem (2015): Aandacht voor dieselverbruik trekkers. Nieuwe Oogst en Anoniem (2012): Ploegen en spitten grootste dieselslurpers. Boerenbusiness.

[2] De emissiefactor van diesel is 3 kg CO2 eq/L (https://www.co2emissiefactoren.nl/lijst-emissiefactoren/

[3] Helfter C et al. (2015) Effects of ploughing on land-atmosphere exchange of greenhouse gases in a managed temperate grassland in central Scotland. Paper gepresenteerd tijdens EGU General Assembly, Wenen, Oostenrijk

[5] Bij de productie van glyfosaat komt 31 kg CO2 vrij (Audsley et al., 2009)