Fumaria officinalis
Int. Afk.: FUMOF
Duivenkervel
Familie
Duivenkervel is een geslacht van kruidachtige planten uit de Papaverfamilie (Papaveraceae).
Beschrijving
Algemeen: komt vooral voor op voedselrijke, losse leemgronden (rijpe gronden).
Belangrijkste kiemperiode: overwegend in het voorjaar, ook in de herfst.
Beschrijving: kruipend, een- tot overjarig zaadonkruid, tot 30 cm hoog. Typische kenmerken: fijne, zachte vorming van de bladeren en stengel; blauwachtige waslaag; met onaangename geur. Zaadlobben: lichtgroen, smal-lijnvormig, lang, aan de voorkant toegespitst; hypocotyl lichtrood. Loofbladeren: teer, gesteeld, geveerd; blaadjes handvormig gedeeld en eveneens gesteeld. Stengel: een- of meerstengelig, sterk vertakt, liggend of rechtopstaand, soms roodachtig aangelopen.
Bloemen: klein, langwerpig, roodpaars, tweelippig, met twee grotere (waarvan een met spoor) en twee kleinere, aan de top vergroeide kroonbladeren; in rechtopstaande, veelbloemige trossen.
Bloeitijd: april-oktober.
Vruchten: eenzadig nootje, bolvormig, gerimpeld, duidelijk gekield, op rechtopstaande afstaande steel.
Zaden: roodbruin, ruw; ca. 400 per plant, koudekiemer. Levensduur van de zaden in de bodem: meer dan 11 jaar.
Relevantie
Groeiplaatsen: in akkers (vooral aardappelen, bieten en uien) en in tuinen. Betekenis: zeer concurrerend door grote behoefte aan voedingsstoffen.