Het is half april en de pluk is precies een maand op gang bij aardbeienbedrijf Hellemons in Oudenbosch (N-Br.). Ondanks dat een aantal Poolse en Roemeense plukkers vanwege de corona-crisis thuis is gebleven, lukt het nog steeds om alles geplukt te krijgen. ,,Maar we zullen de komende tijd nog wel een tandje bij moeten zetten om het tekort aan handen op te vangen'', zo vertelt Mario Hellemons, die samen met zijn vrouw Jessica het bedrijf runt.

Tijdens een gesprek in de kas – waar ook adviseur Jan Koevoets van handelsonderneming Klep aanwezig is – 'priemt' de zon er flink doorheen en is ook een zacht briesje te horen. ,,En dat is meteen ook de andere zorg van dit moment'', zegt Hellemons, ,,Met het zeer droge, schrale weer van de afgelopen weken kan een ziekte als meeldauw zomaar de kas binnensluipen. Bovendien is de productie van de Elsanta's nu zo ongeveer op z'n top, waardoor ze extra gevoelig zijn voor ziekten als meeldauw. Daar moeten we nu dus extra alert op zijn.''

Risico's zo veel mogelijk wegnemen

Hellemons vertelt dat met een goede klimaatbeheersing al een groot deel van het meeldauwrisico kan worden weggenomen. ,,,Belangrijk is om de temperatuur in de kas niet boven de 23°C te laten komen. Gebeurt dat wel, dan zullen we moeten luchten, maar is er tegelijkertijd ook kans op insleep van meeldauwsporen. Verder zijn we scherp op mogelijke tochtplekken in de kas, want ook daardoor kun je de ziekte gemakkelijk binnenhalen.''

Bij de start van de teelt – zodra het eerste groene blad in de plant komt en zolang er nog geen biologie tegen spint en trips wordt ingezet – zet Hellemons zwavelverdampers in tegen meeldauw. Daarna wordt er een nauwsluitend, preventief spuitschema aangehouden. Dat begint – grofweg wanneer de eerste drie blaadjes er zijn – met Serenade, na tien tot 14 dagen gevolgd door een selectief, chemisch middel (dat geen schade veroorzaken aan de biologie). De derde bespuiting is weer met Serenade, opnieuw gevolgd door een chemisch middel (vaak Luna Privilege). De afsluitende bespuiting is dan weer met Serenade. Volgens adviseur Koevoets is een afwisselschema met drie keer Serenade en tussendoor twee selectieve chemische middelen de laatste jaren behoorlijk 'standaard' geworden bij aardbeientelers. ,,Het is een schema dat zich ondertussen ruimschoots bewezen heeft. Het past perfect binnen de biologische spintbestrijding met Californicus en Phytoseiulus en ook de tripsbestrijding met Cucumeris wordt er niet door geschaad. Verder heeft Serenade geen MRL, waardoor het een steeds belangrijkere rol krijgt in het verduurzamen van de aardbeienteelt'', zo somt hij de voordelen op.

Voor wat betreft het gebruik van Serenade raadt Koevoets aan om vooral veel water met een uitvloeier te gebruiken, zodat de planten zo goed mogelijk met middel bedekt worden. ,,In de kas is dat minimaal 1000 liter water per hectare en in buitenteelten minimaal 600 tot 700 liter'', aldus de adviseur, die benadrukt dat óók bij bij gebruik van luchtondersteuning deze hoeveelheden aangehouden moeten worden voor een goed en zéker resultaat. Verder drukt hij telers op het hart om het spuitschema sluitend te houden. ,,Sommigen proberen de spuitinterval iets op te rekken, waardoor ze de laatste bespuiting met Serenade weg kunnen laten. Zelf vind ik dat riskant, omdat je daarmee niet alleen nieuw blad onbeschermd zou kunnen laten, maar ook omdat je zo onvoldoende profiteert van de opbouw van het middel in de plant. Die opbouw zorgt ervoor dat het natuurlijke afweermechanisme van de planten maximaal wordt geactiveerd, waardoor ze gaandeweg de teelt een steeds grotere weerstand opbouwen tegen ziekten'', aldus Koevoets.

Voor Hellemons is Serenade inmiddels een vaste waarde in het spuitschema, zowel in de kas als in stellingenteelt. ,,Duurzaam telen is al de norm en zal de komende jaren alleen maar belangrijker worden. Middelen die in dit plaatje passen, zoals Serenade, hebben we daardoor meer dan ooit nodig'', zo besluit hij.